Jaap was als eerste klaar. Hij speelde met zwart een Franse partij en verloor ergens op de koningsvleugel een pion. De oprukkende witte pionnen waren toen niet meer te stoppen (0-1). Daarna won Sander. Hij speelde met wit een Trompovski-aanval waarbij beide koningen in het midden bleven. Sander offerde een kwaliteit, maar kreeg daar sterk stukkenspel voor, waaronder een monster van een loper op e4. Samen met dame en twee paarden werd de vijandelijke koning het leven zuur gemaakt. Zwart moest er noodgedwongen een stuk voorgooien om erger te voorkomen. Met nog steeds een goede stelling, maar nu zelfs met materiaal voorsprong won Sander snel de partij (1-1). Even later was het Wouter die vanuit een Scandinavische opening makkelijk gelijkspel leek te krijgen. Wit had echter het loperpaar en een pionnenmeerderheid op de damevleugel. Toen ook nog één van de zwarte damevleugelpionnen verloren ging, was het toch nog verrassend snel over (1-2). Peter speelde aan bord 1 een goede partij. Hij kreeg prachtig stukkenspel en won een pion. Zwart werd helemaal klemgezet, maar het was toch nog even kijken hoe dit naar winst gevoerd moest worden. Peter maakte echter geen fouten meer (2-2). Michiel speelde op een koningsaanval, maar verloor in het middenspel ergens een kwaliteit. Compensatie was nergens te vinden en ook pion e4 was ten dode opgeschreven. Zijn tegenstander ruilde echter een sterk paard voor een zwakke loper en trapte even later in een truc van dubbele aanval. Heel fortuinlijk kwamen we hiermee op een voorsprong (3-2). Dirk bouwde zijn partij met wit heel rustig op. Langzaam ging hij druk uitoefenen op de half-open b-lijn met zijn torens en kwam met zijn pionnen opzetten. Hij dacht ergens een pion te winnen middels een combinatie, maar daar zat een lek in. Zo ging een veelbelovende stelling verloren. Dirks stelling was echter niet zo gewonnen als dat de verloren stelling van Michiel was. Dus in dat opzicht geen slechte ruil (3-3). Ondanks dat zag het er niet goed uit met nog 2 partijen te gaan. Otto stond een pion achter en zijn tegenstander had Otto eerst vast moeten zetten. Hij koos voor een ander plan en Otto kon nog actief tegenspel creëren op de damevleugel. Het was nog niet makkelijk te verdedigen, maar Otto liet een uitstekende techniek zien. Hij wist alle witte pionnen onschadelijk te maken en daarmee het halfje veilig te stellen (3,5-3,5). Net als vorige keer tegen Emanuel Lasker was het Eelco die als laatste bezig was en een eindspel met een pion minder moest keepen. Ook hier hield hij het hoofd koel en was ook alert toen zijn tegenstander met wit voor de 3e keer dezelfde stelling op het bord liet verschijnen. Eelco keek even goed naar zijn notatieformulier en liet zijn tegenstander weten dat wanneer hij ….Lf6 zou spelen het 3 keer dezelfde stelling zou worden. Een claim was het niet echt (was ook niet volgens de officiële regels gegaan), maar zijn tegenstander keek ook zijn formulier na en moest ook constateren dat 3 keer dezelfde stelling was bereikt en ging akkoord. Hiermee was een benauwde 4-4 gelijkspel (de 4e keer achter elkaar!) een feit. Voor tegenstander Apeldoorn betekende dat het eerste matchpunt.
Verslag: Wouter van Rijn