Bij Jan ging het in een damegambiet gelijk op. Van beide kanten waren er dreigingen, maar die werden van beide zijden gezien. Na een remiseaanbod eerst te hebben geweigerd, bood de Enschedeër zelf enige zetten later remise aan wat Jan accepteerde. Edwin kwam actiever uit de opening en na een lange werden zijn randpionnen sterker als de centrumpionnen van zijn tegenstander. Zij moest hiervoor uiteindelijk een stuk geven waarna Edwin na 78 zetten won. Ivo had een spannende partij. In een variant van het aangenomen damegambiet kwam hij vanzelfsprekend een pion achter, maar had daarvoor voldoende compensatie middels druk op de zwarte stelling. Dat is eigenlijk de gehele partij zo gebleven. Op een gegeven moment remise op voorstel van zwart.
Damegambiet ten top deze zaterdag. Zo ook bij Roy die tot zijn afgrijzen met wit in een eeuwenoude truc trapte. Dat kostte een stuk tegen een pion. Mentaal de knop omgezet en het zijn tegenstander nog lang lastig gemaakt met actief spel. De diverse gezette vallen werden echter keurig door zijn tegenstander omzeild waarna de nederlaag voor Roy onafwendbaar was.
Jacques kreeg het Morra gambiet te bestrijden. Na aanname van het pionoffer kreeg wit makkelijk spel en sterke druk op zijn stelling. Na stugge verdediging wist Jacques met de centrumstoot d5 te breken. In de verwikkelingen won hij een kwaliteit. Omdat hij nog maar 1 minuut bedenktijd had probeerde Jacques met zetherhalingen de 40 zetten te halen voor het extra half uur. De remiseclaim van wit op 3 maal dezelfde stelling die daarop volgde bleek helaas terecht. Zuur is dat in de analyse bleek dat de afwikkeling naar een pionneneindspel met pluspion makkelijk gewonnen was voor Jacques.
Bij Steven kwam een klassieke Pirc op het bord. Hij kreeg licht materiaalvoordeel in een ongebalanceerde stelling: een toren en 2 pionnen tegen twee lopers. “Fritz” beoordeelde dit achteraf als “gelijk” maar Stevens menselijke tegenstander had moeite om dit gelijk te halen tijdens de partij. Steven haalde nog een pion binnen wat leidde tot 3 verbonden vrijpionnen. Dat was het begin van het onafwendbare einde voor zijn tegenstander. Ruud kwam gaandeweg steeds wat beter te staan maar kon geen echt voordeel krijgen. Hij moest op een gegeven moment verplicht dameruil aangaan wat hij had kunnen voorkomen . Daardoor kwam hij minder te staan, verloor 2 pionnen maar erger nog was dat zijn tegenstander 2 vrijpionnen kreeg.
Ruud had daarvoor wel wat matdreigingen maar ook niet meer dan dat want zijn tegenstander kon dat voorkomen. Voor die vrijpionnen moest Ruud een stuk geven en stond feitelijk verloren maar vocht nog als een leeuw voor wat vage kansen bij een 3½-3½ stand. In de ultieme slotfase, toen zijn koning geen veld meer had, had Ruud met een dolle toren remise kunnen bereiken. Hij koos echter de verkeerde voortzetting en na een afwikkeling kwam hij in een verloren pionneneindspel terecht. Helaas in het slot een halfje verspeeld en daarmee was de krapst mogelijke nederlaag een feit.
Verslag: Roy Vink