Hoe je de vreugde om een overwinning in ergernis kan doen verkeren!
Op 16 maart speelden we als ASV 6 de zesde ronde in de derde klasse van de SOS-competitie. Lager kan niet. We hadden tot nu toe in dit seizoen 0 (lees NUL) wedstrijdpunten gescoord. Hoe groot was onze vreugde toen aan het eind van de avond, na een heftige strijd met Bennekom 2, 4 – 2 in ons voordeel op het formulier stond!
Komt me daar onze secretaris binnen. Zeker in een negatieve stemming na het tellen van al die stemmen. En zo begon hij: “Zeker gewonnen omdat er twee van Bennekom niet kwamen opdagen!” En hij ging verder: “Moet nog zien of jullie wel gewonnen hadden als Bennekom compleet was geweest.” Weg vreugde! Wat een druiloor! Laat hem liever stemmen gaan tellen, want met deze negatieve, niet-motiverende benadering kom je niet verder. Daar heeft ASV natuurlijk niets aan. Wat een negatieveling als secretary hebben wij. Ik heb al helemaal geen zin meer om verder aan dit verslag te werken, terwijl het zo’n mooie strijd was geweest! Maar goed, ik laat me door die schrijvert natuurlijk niet inpakken; daar gaat die dan.
Bord 1: 1 – 0 (R)
Bord 2: 2 – 0 (R)
Bord 5: 21.58 uur, Rens Nuwenhoud met zwart: na een spannende strijd: 3 – 0
Bord 6: 22.13 uur, Peter Kappert met wit, hij heeft gevochten voor wat hij waard is! (zo doe je dat, meneer de secretaris): 3 – 1
Bord 3: 22.37 uur, Hans Corbeel met zwart, ging helaas door de klok heen, maar anders! (meneer de letterknecht): 3 – 2
Bord 4: ikzelf met wit, wat een strijd! Maar daar zal monsieur le secrétaire wel weer geen oor of oog voor hebben gehad: 4 – 2.
Peter Kappert: “Na een solide, bijna saaie opening, was de positie gelijk. In het middenspel redde ik mij aardig en dacht dat mijn positie best goed was. Toen keek ik naar de geslagen stukken: “Waarom sta ik twee pionnen achter?” Na wat heen-en-weer-geschuif was het aantal pionnen aan mijn kant toch te klein. Door een tactische fout verloor ik in het eindspel een Toren. Ik probeerde nog een patstelling te bereiken, maar tevergeefs.”
Rens Nuwenhoud: “Na een Caro-Kann en mijn Loper op g7 kwam een ruil in het centrum teneinde met mijn pion op e3, gestopt door een Loper, en zijn Paard op d6, gedekt door zijn c-pion. Mijn Loper op g7 kwam door het open centrum van pas door zijn b2-pion te slaan. En uiteindelijk de Toren op a1. Tegelijkertijd werd mijn Koningsstelling opengebroken en hing alles aan beide kanten aan een zijden draadje. Door goed verdedigend werk aan mijn kant (al zeg ik het zelf) en een overenthousiaste tegenstander maakte hij een fout en verloor zijn Dame. Door daarna nog een aantal zetten rustig te blijven, was de winst binnen.”
Ikzelf: “Rare opening? Maakte hij een fout of kende ik dit openingstrucje niet. Ik bleef aan de veilige kant, stond wat actiever, en na een slagenwisseling restte een eindspel van T’s en pionnen, met een plus-pion voor mij. Ik heb zelfs even overwogen remise aan te bieden, om de wedstrijdpunten veilig te stellen, maar, meneer lid van de kiescommissie, ik heb geworsteld en kwam boven!
En natuurlijk had ons hooggeachte pennenlikker gelijk. Was Bennekom voltallig geweest, had de strijd zomaar in verlies voor ons kunnen keren, maar als je dat er zo graag in wilt wrijven, ja, dan krijg je zo’n verslag en is het optreden van Herr Sekretär voor eeuwig in de analen vastgelegd.
Verslag: Kees van Keulen.